1 juni 2002
Metingen aan het opwervelen van fijn stof tijdens stofverwijdering bij interieurreiniging
Een belangrijk positief effect van vakkundig schoonmaken is dat mensen minder aan fijn stof worden blootgesteld. Die mensen worden minder vaak ziek en presteren meer op hun werk. Maar hoe maak je vakkundig schoon? Daarvoor moet je tenminste al het fijn stof goed van het oppervlak afhalen, en bovendien zo min mogelijk stof opwervelen. Alle schoonmaakmethoden brengen stof in de lucht, wat ongezond is voor de schoonmaker en bovendien de effectiviteit van de methode beperkt. Die beide nadelen moeten zo veel mogelijk worden ingeperkt. Doel van dit onderzoek was methoden voor reiniging van harde oppervlakken te vinden die fijn stof goed verwijderen en nauwelijks in de lucht brengen. Daarom zijn in het kader van het onderzoek door TNO twee nieuwe meetmethoden ontwikkeld, een microscopische techniek om te meten hoeveel standaard fijn stof achterblijft bij reiniging, en een lasertechniek die in beeld brengt hoeveel deeltjes er in de lucht komen en waar ze allemaal heen vliegen.
Resultaat
De volgende schoonmaakmaterialen die in de praktijk ‘stofbindend’ heten zijn onderzocht:
- Elektreetdoekjes, die op basis van statische elektriciteit deeltjes zouden vasthouden. Deze bleken niet erg effectief en wervelden veel stof op, ongeveer net zo veel als droog papier.
- Borstels en doekjes met (respectievelijk) paraffine en olie om de deeltjes vast te houden. De borstel bleek geen haar beter dan de elektreetdoekjes, maar de oliegeïmpregneerde doekjes voldeden wel. Ze verwijderen al het fijn stof en wervelen dat nauwelijks op.
- Klamvochtige doeken deden het bijna net zo goed als de oliegeïmpregneerde doeken. Ze verwijderden al het fijn stof, maar wervelden iets meer stof op. Het soort vezel (conventioneel of microvezel) maakte niet uit, en ook òf en hoeveel detergent werd toegevoegd had geen invloed. Toevoeging van alcohol aan het reinigingsmiddel, een beproefde methode in de cleanroomreiniging, bleek averechts te werken: er kwam juist meer stof in de lucht.
- Lijmdoeken voldeden niet: al heel snel nemen ze niet al het stof op en blijven er strepen fijne stofdeeltjes achter.
Naast de materialen zijn ook de werkwijzen onderzocht. Het bleek dat de druk waarmee gereinigd wordt geen invloed heeft, maar het werktempo des te meer. Hoe langzamer de reiniging, des te minder stof wervelt er op.
Conclusie
Harde oppervlakken in het interieur moeten met ‘vochtige’ methoden worden gereinigd om zeker te zijn dat al het fijn stof opgenomen wordt en er zo min mogelijk in de lucht komt. De beste resultaten worden bereikt met de olie-geïmpregneerde doek, maar vanwege de olie-residuen die zo’n doek achterlaat blijft het toepassingsgebied waarschijnlijk beperkt tot harde vloeren. Klamvochtige doeken (zowel microvezel als conventioneel) zijn goede alternatieven.
Een rustig werktempo, als in cleanroomreiniging, is aan te bevelen. Omdat de druk waarmee gereinigd wordt niet uitmaakt op de effectiviteit, is het ergonomisch verantwoord te werken met brede hulpmiddelen die niet hoeven te worden aangedrukt. Zo is een hoge schoonmaakproductie te behalen die voor alle betrokkenen gezond is, lichamelijk en economisch.
Noot van de redactie: De verschillende Fijn Stof onderzoeken van VSR zijn eind 2004 verwerkt in de derde uitgave van VSR VAKNIEUWS. Deze uitgave met als titel “Gezond Schoonmaken, een programma voor betere hygiëne van de werkplek” geeft een vertaling van de verschillende onderzoeken naar direct toepasbare handvatten voor op de werkvloer.